Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie

12 oktober 2008
Bezoek aan Roubaix
Kennismaking met de werking van Le Non Lieu

Op zondag 12 oktober bracht VVIA een bezoek aan Roubaix, waar we rondgeleid werden door Olivier Muzellec van de vereniging Le Non Lieu - met wie samengewerkt wordt rond het project 'Belforten van de Arbeid'. 
Onder bijna tropische temperaturen trokken we van het station op exploratie van een stad in volle vernieuwing. Uiteraard waren de fabrieksschouwen van de partij, maar ook de indrukwekkende burgerarchitectuur, de stedenbouw en stadskernvernieuwing, herbestemming van fabrieksgebouwen, arbeidershuisvesting en de stadskastelen van de textielbaronnen.

 


Er werd afgesproken aan het station van Roubaix - er ons niet van bewust zijnde dat op zondag niet alle treinen vanuit Vlaanderen hier stoppen en dat degenen die vroeger kwamen eerst tot Rijsel moesten doorsporen en dan terugkeren... Dit station is een pareltje, maar speelt hoe langer hoe minder een functie in het (internationaal) treinverkeer. Onze Franse collegae zegden letterlijk dat zij voor de spoorwegfunctie vrezen, terwijl de Franse spoorwegen geen visie hebben op wat er nadien met een leegstaand station als dit zou kunnen gebeuren.

station van Roubaix station van Roubaix, met op achtregrond de opvallende watertorens station van Roubaix
Roubaix: station station van Roubaix

De Avenue Jean Lebas was vroeger de ader die het station met het stadscentrum, het stadhuis, verbond. Sinds de opwaardering van de kern en de opening van 'La Piscine' (even terzijde van deze straat) herleeft de buurt en lijkt hij vooral creatieve beroepen en modewinkels aan te trekken. Onderweg vielen de bordjes op die de sociale en economische geschiedenis van de stad expliciteren.
We liepen langs 'La Piscine' om dan in de achterstraatjes de sfeer van de 19de eeuw op te snuiven...
Uiteraard waren er de fabrieksschouwen, les beffrois du travail.



Roubaix (Robeke) is een voor veel Vlamingen onbekende stad, alhoewel ze maar vlak over de grens ligt en je er vanuit Antwerpen rechtstreeks met de trein naartoe kunt. In de 19de eeuw, toen haar bevolkingscijfer ver-25-voudigde, stond ze bekend als de 'derde Belgische stad' omwille van het grote aantal ingewekenen uit België.
Langs het parcours waren Vlaamse familienamen dan ook legio.
Zelfs een collega heeft hier zijn sporen nagelaten...

Niet Jo De Schepper, maar vermoedelijk een familielid... ?

 Via de kleine Rue de l'Hospice (met zijn prachtige textielhandel) kwamen we terug in de rue Lebas (met ook de fraaie handelshuizen), en van daar ging het richting stadhuis en daartegenover de St.Maartenskerk (Eglise Saint-Martin) die het oudste architecturale spoor in de stad is. Ze werd in de loop van de 19de eeuw vergroot om er de sterk groeiende bevolking te kunnen opvangen.


Roubaix is een stad die, na een diepe neergang met ongelooflijk hoge werkloosheidscijfers, nu terug uit het dal kruipt - en zijn herleving en hernieuwing ophangt aan cultuurinitiatieven ('La Piscine' is ook bij ons al een begrip), en aan de herbestemming en herwaardering van zijn arbeidsverleden.

In de oude textielfabriek 'Motte-Bossut' is nu het Centre d'Archives du Monde du Travail gevestigd - een afdeling van hget Franse rijksarchief dat zich toelegt op behoud en ontsluiting van industriële archieven, archieven van de arbeidersbeweging, archieven van bedrijven en technici - kortom het industrieel en technologisch verleden. Op zondag natuurlijk niet open.
Maar we merkten duidelijk wat de Fransen bedoelen met 'les châteaux de l'industrie'

Onderweg trokken we langs een indrukwekkend aantal herbestemde fabrieksgebouwen, en fabrieken waarvan de herbestemming volop bezig was.
Gewoonweg INDRUKWEKKEND
De openbare besturen gaven reeds twee decennia geleden het voorbeeld, door cultuur, sociale huisvesting, openbare diensten, afdelingen van de universiteit, scholen, voorzieningen voor jongeren, en noem maar op in gerenoveerde fabrieken te vestigen. Nu neemt de privé-sector de fakkel over, met vooral lofts en burelen.

 



Daartussen de rijen arbeidershuizen en beluiken - dat er nog veel werk is aan de stadsvernieuwing is duidelijk. Maar op tientallen plekken wordt gewerkt, vernieuwbouwd, nieuw gebouwd, gesloopt, openbare ruimten gecreëerd.
Om het met de vroegere Rijselse burgemeester te zeggen: "stadskernvernieuwing heeft niets meer te maken met bouwen, maar vooral met niet-bouwen". Met het creëren van stedelijke ruimten.
In Roubaix is er nog véél werk aan de winkel

We werden door onze collegae van Le Non Lieu in hun lokaal (onder twee schouwen) ontvangen met zelfgebakken cake en drank, om nadien hun ateliers en de ingewanden van de oude fabriek Cavrois-Mahieu (1887) te bezoeken



En... we zouden het bijna vergeten.
Overal waren fabrieksschouwen. De 'Beffrois du Travail', belforten van de arbeid.
Alhoewel Olivier Muzellec ons duidelijk maakte wat er allemaal verdween. Roubaix heette vroeger 'la ville aux mille chéminées', nu resteren er nog een veertigtal. Die we, eerlijk is eerlijk, niet allemáál gezien hebben



Tot slot nog snel even langs La Condition Publique - een indertijd veelbelovende instelling en 'maison folie' van Rijsel Culturele Hoofdstad 2004, die nu duidelijk een reeks problemen kent. De oorspronkelijke opzet om cultuuractiviteiten te ontwikkelen in nauwer band en op basis van de culturen die in deze migrantenwijk leven lijkt alvast niet bereikt. En de café en het restaurant bleken gesloten, "céssé temporairement les activités" (en dat blijkbaar al verschillende maanden).
Dan maar in sneltreinvaart richting station - met onderweg nog heelwat boeiende feitjes, petites histoires, discussies over samenwerken, wat kan en zou moeten. Tussen Noord-Frankrijk en Vlaanderen, en op het Europese platform van E-FAITH.

En omdat de trein van 17.20 net voor onze neus wegreed maakten we van de nood een deugd. Wachten op de trein van 18.20.
Die dan onmiddellijk ook de laatste bleek die uit Noord-Frankrijk terug naar Vlaanderen vertrok.
Een betere spoorverbinding zou in elk geval de contacten en samenwerking verbeteren - want het is zeker de bedoeling om die weg verder te bewandelen, letterlijk én figuurlijk. In 2009 komen de collega's van Le Non Lieu in Vlaanderen op bezoek.

Het was in elk geval een geslaagde dag, voor herhaling vatbaar.
En, andermaal: de afwezigen hadden ongelijk.


(c) VVIA, 2008

 

 

 

 

 

 

 

 

 g voor Industriële Archeologie. Hier vindt U informatie over het industrieel erfgoed in Vlaanderen en Brussel.
industrial archaeology, industrial heritage, industrial, industrieel, heritage, erfgoed, Vlaanderen, Flanders, Vlaams, Flemish,